U heeft javascript uitgeschakeld. Hierdoor staat de index niet links maar onderaan.

HoofdIndexUitleg

Versie 17-4-2017

Genealogie Schuiringe (3)

Generatie I

Ia  Albert Schuiringe, overleden 1660 in Peize (tussen 1654 en 1661).
In 1661 eist Roelof Schuiringe dat een eerdere scheiding met zijn broers Barelt en Jan Schuiringe van de goederen van hun overleden vader Albert Schuiringe ongedaan wordt gemaakt, omdat dit onder dwang zou zijn gebeurd.

Er is nog een familie Schuiringe met broers Roelof, Barelt en Jan, waarvan er echter twee voor 1654 zijn overleden, zie Schuiringe (2). Hier zijn ook een aantal Schuiringes opgenomen die eerder onder Schuiringe (3) waren geplaatst.

Albert Schuiringe is in 1630 eigenaar van een vol erf met 7 inwonende personen. Ook in 1646 en 1654 wordt hij vermeld. Volgens het register van Nieuwe Huizen 1745 is hij in 1646 eigenaar van het huis dat in 1745 eigendom is van Jan Tonnis.
Jan Tonnis heeft het huis gekocht van Ebbe Garbrants en consorten, mogelijk indirecte erfgenamen van zoon Jan Schuiringe.

In het Haardstedenregister van 1672 is geen bewoner aan te wijzen, wellicht Barelt Schuiringe met 3 paarden, die verderop in de lijst lijkt te zijn tussengevoegd. In 1691-1694 woont mogelijk Jan Schuiringe in het huis, die echter nog niet eenduidig valt te plaatsen binnen deze familie.
Kinderen:
1. Barelt Schuiringe (zie IIa).
2. Jan Schuiringe (zie IIb), overleden 1665 in Peize (na 1664, maar ruim voor 1671).
3. Roelof Schuiringe, overleden 1689 in Peize. Op 16-5-1689 wordt Roelof Schuiringe begraven, in het bekken 7 gld. 16 st. De erfgenamen geven 25 daalders aan de armen zoals Roelof Schuiringe bij testament had bepaald. Aanname dat het deze Roelof Schuiringe betreft. Roelof Schuiringe komt niet voor in het Haardstedenregister van Peize van 1672.
 

Generatie II

IIa  Barelt Schuiringe, zoon van Albert Schuiringe (zie Ia).
Gehuwd met NN Luinge, dochter van Bareld Luinge en Aaltien? NN, zie genealogie Luinge (4).
Deze Barelt Schuiringe is mogelijk de Barelt Schuiringe die in het haardstedenregister van 1672 wordt vermeld na Barelt Schuiringe Neijbuir met drie paarden. In 1691-1695 is er een jonge Barelt Schuiringe in het westen van Peize, die mogelijk zijn zoon is.
Barelt Schuiringe, Aaltien Schuiringe getrouwd met Roelof Hindriks en Roelofje Schuiringe, getrouwd met Conraad Gerrits zijn in 1690 naaste bloedverwanten van olde Jan Luinge. Barelt Schuiringe is oomzegger. De naam Roelof Hindricks is mogelijk een verschrijving van Roelof Hemricks.
Kinderen uit dit huwelijk:
1. Barelt Schuiringe (zie IIIa), overleden 1716 in Peize, begraven 18-12-1716.
2. Aaltien Schuiringe, overleden 1719 in Peize, begraven 21-7-1719.
Gehuwd met Roelof Hemmeriks, overleden 1712 in Peize, zoon van Hemrik Roelofs en NN Land, zie genealogie Land (1).
In 1711 betaalt Roelof Hemmeriks voor het laken over zijn zoon.
Op 11-5-1712 wordt Roelof Hemricks begraven.
Op 21-7-1719 wordt de weduwe van Roelof Hemmers begraven, in het bekken 9 gld. en 3 duiten.
Roelof Schuiringe en Doede Bavinge te Peize geven in 1720 de erfenis aan van Aaltien Schuiringe, de tilbare en aangewonnen vaste goederen begroot op 600 gld, de vaste erfgoederen op 500 gld. (Doede Bavinge is getrouwd met Marchien Schuiringe, dochter van Bareld Schuiringe en Roelefje Hindriks, Roelof Schuiringe is mogelijk ook een (jongere) zoon van Barelt Schuiringe; hij is niet de zoon van Jan Schuiringe Haange, die al in 1710 is overleden).
Akte van verkoop door Rebekka Lands, weduwe van Theodorus Terhorn, in leven proviandmeester te Delfzijl, aan Aaltyn Schuringe, weduwe Roelof Hemmeriks, van twee mudden land genaamd het Harde en van een-derde deel van een kwart van Ebbingebos, beide gelegen onder Peize, 1719
Archief Popkes:
11. Akte van overdracht door Gelmer Gelmers als gemachtigde van zijn moeder Jeichyn Lunsche, weduwe van de ette B. Gelmers te Peize; Trijntyn Ebbinge, weduwe van Conraad Barelts; Jantje Luinge, weduwe van Barelt Roelfs; en Pieter Jans als gemachtigde van zijn moeder Oegyn Luinge, weduwe van Jan Pieters te Peizerwolt, aan Popke Martinus van een huis en hof bij de kerk te Peize, een pand in de Heerewerk, een pand in de Hoijdijk, een half dagwerk veen achter de kerk en nog een portje turfveen, 1791
(mogelijk het huis van Roelof Hemmeriks, later Albertien en Margien Conraads?)
3. Roelofje Schuiringe (zie IIIb).
 
IIb  Jan Schuiringe, overleden 1665 in Peize (na 1664, maar ruim voor 1671), zoon van Albert Schuiringe (zie Ia).
Jan Schuiringe is eerder geplaatst als zoon van Barelt Schuiringe Nijbour. Vermoedelijk is hij echter de Jan Schuiringe die zich met zijn broer Barelt moet verweren tegen Roelof Schuiringe, waarbij als gemeenschappelijke vader wordt genoemd Albert Schuiringe.
Gehuwd met Geesje Luinge, overleden 1670 in Peize, hertrouwd met Wolter Ebbinge, overleden 1694 in Peize, begraven 23-10-1694, zoon van Steven Ebbinge en Lummechjen Wolters, zie genealogie Ebbinge (3).
In 1671 eisen de mombers over de kinderen van wijlen Jan Schuiringe van Steven Ebbinge en (zoon) Wolter Ebbinge dat de staat en inventaris van Steven Ebbinges halve goed aan hen wordt overgegeven. Wolter Ebbinge is getrouwd met de moeder van de pupillen en deze is nu ook overleden. In de vervolgzaak op dezelfde lotting wordt de naam van de moeder vermeld als Geesjen Luinge.
Eerder is aangenomen dat Geesje Luinge een dochter is van Bareld Luinge. Aaltien Schuiringe, getrouwd met Roelof Hindriks wordt in 1689 genoemd bij de naaste bloedverwanten van olde Jan Luinge (zoon van Bareld Luinge). Dit is echter waarschijnlijker een andere Aaltien Schuiringe, getrouwd met Roelof Hemriks.
Kinderen uit dit huwelijk:
1. Aaltien Schuiringe, overleden 1695 in Roden.
Gehuwd met Roelef Hindriks, overleden 1720 in Roden (voor 1721), hertrouwd met Gesien Alders, overleden 1720 in Roden (voor 1721), dochter van Allert Bartels, zie genealogie ~Allert Bartels.
Goedschatting Peize 1694 (OSA 1110): "Rolof Hindrix tot Roden an Jan Schuijringe dochter getrouwt de helfte van sene goederen ... en kompt de ander helfte Allert de jonge tot Gron. an de ander suster getrouwt".
Diaconieboek Peize: In 1695 betaalt Roelof Hindriks uit Roden voor het laken over zijn huis holt. Waarschijnlijk is hiermee zijn echtgenote bedoeld. Op 30-6-1696 schenkt Roelof Hindriks van Roden 15 gld. aan de armenkas van Peize wegens het testament van zijn vrouw Aaltien Schuiringe.
Pas in 1702 geeft Roelof Hendrix tot Roden aan dat door het overlijden van zijn vrouw Aaltjen Schuiringe haar zuster Grietien Schuiringe, gewezen huisvrouw van Albert Steenhuis tot Groningen voor een bedrag van 1400 gld. heeft geërfd uit verkochte goederen te Peize. Hij behoudt hiervan de lijftucht.
De kinderen van Roelef Hindriks blijken in 1727 voor de 3/4 eigenaar te zijn van de nagelaten goederen van Jan Schuiringe. Er is dan een kwestie tussen de kinderen van Barelt Schuiringe en de kinderen van Roelef Hindriks over een bosje in Roden, dat al of niet mandelig zou zijn gebleven na de scheiding tussen de goederen van de broers Barelt en Jan Schuiringe in 1664.
Behalve minderjarige kinderen van Roelef Hindriks is er nog de meerderjarige dochter Aaltien, getrouwd met Ebbe Garbrants.
Ebbe Garbrants en consorten worden ook genoemd als vorige eigenaren van een huis in Peize, dat eerder mogelijk toebehoorde aan Albert Schuiringe, wanneer dit in 1757 wordt aangekocht door D. Hemsink en echtgenote.
Dit is alleen (enigszins) te begrijpen door aan te nemen dat deze goederen tijdens het leven van Aaltien Schuiringe in de gemeenschappelijke boedel zijn gekomen en daardoor voor de helft eigendom zijn geworden van Roelef Hindriks.
2. Grietien Schuiringe, overleden 1695 in Groningen.
Gehuwd 12-10-1693 in Groningen met Albert Hindriks Steenhuis, hertrouwd 7-6-1698 in Groningen met Marrechien Amsing, geboren 1674 in Groningen, gedoopt 15-11-1674, overleden 1743 in Groningen, dochter van Broer Amsing en Jeichjen Ploechman.
Huwelijk: Albert Hindricks Steenhuijs van Gron. en Grietijn Schuirinck van Peise, pro qua Roeleff Basuin als bekende.
Op 7-4-1695 wordt in Groningen dochter Geesjen gedoopt.
Op 13-5-1698 wordt Philippus Smit aangesteld als voormond over het minderjarige kind van Albert Stenhuis bij Grietien Schuirinck en Servaas Milot (Melot) als voogd. Op 11-8-1698 wordt Albert Stenhuis zelf aangesteld als voogd over zijn minderjarig kind.
 

Generatie III

IIIa  Barelt Schuiringe, overleden 1716 in Peize, begraven 18-12-1716, zoon van Barelt Schuiringe (zie IIa) en NN Luinge.
In 1727 is er een zaak voor de Etstoel van Doe Bavinge namens zijn vrouw Marreghien Schuiringe, Wolther Luinge namens zijn vrouw Hendrickjen Schuiringe en de schoolmeester Wolther Luinge (namens) Grietien Schuiringe, te samen erfgenamen en bezitters van de goederen van wijlen Barelt Schuiringe tegen Jacob Willems in de Holthuizen (bij Roden) als hoofdmomber over de minderjarige kinderen en Ebel Gerbrands als getrouwd met Aaltien Roelofs, meerderjarige dochter, samen erfgenamen van wijlen Roelof Hendericks te Roden, samen bezitters van 3/4 deel van de goederen door wijlen Jan Schuiringe nagelaten. Op 25-10-1664 heeft er een scheiding plaatsgevonden tussen de goederen van de broers Barelt en Jan Schuiringe. De kwestie gaat over een bosje en een stuk veen dat nog mandelig zou zijn.
Gehuwd met Roelefje Hindriks, overleden 1716 in Peize, begraven 31-1-1716.
Op 31-1-1716 wordt Barelt Schuiringe sijn frou Roelefje begraven, in het bekken 5 gld. 5 st. 15 d. Barelt Schuiringe betaalt ook voor het laken en geeft nog 4 gld. aan de armen.
Bij de begrafenis van Barelt Schuiringe op 18-12-1716 wordt 7 gld. 11 st. 12 d. in het bekken gedaan. Hindrikien Schuiringe betaalt op 21-12-1716 voor het laken over haar vader. Op dezelfde dag betaalt Hindrikien Schuiringe 6 gld. aan de armen.
Op 25-1-1718 betaalt Hindrikkien Schuiringe voor het laken over haar zuster Oechien Schuiringe (naam Oechien enigszins onduidelijk).
Op 25-11-1718 betaalt Hindrickien Schuire 5 gld. die haar broer bij testament aan de armen heeft nagelaten.
Aangifte Collaterale successie 1719 (OSA 1785): Henderickien Schuiringe, Marregien en Grietien Schuiringe te Peize geven de erfenisse aan van Barelt Schuiringe en Oetien Schuiringe, begroot op 800 gld.
In 1720 is er een verzoek aan de Etstoel van de mombaren over de minderjarige dochter van Bartelt Schuiringe en wijlen Roelefje Hindriks om met de meerderjarige zuster van de pupil, Margijn Schuiringe het ouderlijke huis en hof met een vierde waardeel in Schuiringe Slag te mogen verkopen aan hun zuster Hinderkien Schuiringe.
Volgens onderstaande akte vindt de overdracht plaats omstreeks 1724 en is de minderjarige dochter dus Grietje:
Drents Archief, NH kerk Peize
121 Akte van verkoop en overdracht door Doe Bavinge en Margijn Schuiringe en door de voogden over Grietje Schuiringe aan Wolter Luinge en zijn vrouw Hendrikje Schuiringe van hun ouderlijk huis c.a. 1724; afschrift
Kinderen uit dit huwelijk:
1. Marchien Schuiringe (zie IVa).
2. Hendrikje Schuiringe, overleden 1742 in Peize.
Gehuwd 5-5-1720 in Peize met Wolter Luinge, overleden 1734 in Peize, zoon van Roelof Luinge en Arentien Roelofs, zie genealogie Luinge (2).
Drents Archief, NH kerk Peize, inv. 121:
Akte van verkoop en overdracht door Doe Bavinge en Margijn Schuiringe en door de voogden over Grietje Schuiringe aan Wolter Luinge en zijn vrouw Hendrikje Schuiringe van hun ouderlijk huis c.a. 1724; afschrift
J. Willinge schults van Peijse, Coornoten Frerik Ebbinge en Gelmer Gelmers, persoonlijk sijn gecompareerd Doe Bavinge en Margijn Schuiringe ehelieden voor de helfte en Gerrit Conraets als hooftmomber, Barelt Conraets en Jan Lunsche als medemombaren over Grietijn Schuiringe voor de andere helfte de welke beleden en bekenden met vrie wille en voorbedagte gemoede verkogt en gescheiden te hebben met approbatie van den Loffelijke Etstoel in dato 26 9ber 1720 an Wolther Luinge en zijn huisvrou Hinderkje Schuiringe haer ouderlijke behuisinge hofte bij 't huis twee moesakkers seven staekhopen hoppeland waer an geswet ten oosten R. de Vriese en ankoper en consorten ten westen Jan Luinge wed. ten noorden Jan Lunsche met een vierdendeel waer wardiel in Schuiringeslag ... voor de somma van 916 gld. en 12 stuivers en andere landerijen so de scheitzedulen van den 19 April 1720 vermelden, etc. Peijse 10 Jan 1724.
In 1727 is er een zaak voor de Etstoel van Doe Bavinge namens zijn vrouw Marreghien Schuiringe, Wolther Luinge namens zijn vrouw Hendrickjen Schuiringe en de schoolmeester Wolther Luinge (namens) Grietien Schuiringe, te samen erfgenamen en bezitters van de goederen van wijlen Barelt Schuiringe tegen Jacob Willems in de Holthuizen (gelegen ten oosten van Roden).
In 1734 koopt Henderikjen Luinge, weduwe van Luink Luinge de erfgenamen van Wolter Luinge af. Er zijn 4 erfgenamen, waarvan een in Groningen, waarvan de belasting wordt betaald door Hartgers (Gesien Ebbinge, weduwe van Roelof Luinge is getrouwd met Jacobus Hartgers).
In 1743 wordt de erfenis aangegeven van Hindrikjen Schuuringe, wed. Luinge tot Peijze, begroot op 375 gld.
In tegenstelling tot de schoolmeester Wolter Luinge, getrouwd met Grietje Schuringe laat dit echtpaar dus geen kinderen na.
3. Grietje Schuiringe (zie IVb), geboren 1700 in Peize (na 1695), overleden 1753 in Peize.
4. Oechien Schuiringe, overleden 1718 in Peize, begraven 25-1-1718.
5. Barelt Schuiringe, overleden 1718 in Peize.
 
IIIb  Roelofje Schuiringe, dochter van Barelt Schuiringe (zie IIa) en NN Luinge.
Gehuwd met Conraad Gerrits, overleden 1701 in Peize, begraven 26-3-1701, zie genealogie ~Conraad Gerrits.
In 1690 treedt Conraad Gerrits op namens zijn echtgenote Roelofje Schuiringe te zamen met andere bloedverwanten van Olde Jan Luinge vanwege zijn testament.
Niet zeker dat Roelofje de moeder is van alle hier vermelde kinderen.
Kinderen uit dit huwelijk:
1. Lucas Conraads, zie genealogie ~Conraad Gerrits.
2. Albertien Conraads, overleden 1744 in Peize, begraven 10-1-1744.
Gehuwd 24-4-1718 in Peize met Egbert Tjebbels, overleden 1722 in Peize, begraven 23-10-1722, zoon van Tjebbel Jannes en Geertien? Reinders, zie genealogie ~Jan Reinders.
Mogelijk een zoon is Tjebbel Egberts, begraven Peize 25-2-1735.
Weduwe Egbert Tjebels woont in 1744 in een huis, dat in het register van Nieuwe Huizen 1742 wordt omschreven als eigendom van Albertien en Margien Conraads en met de woningen van Jannes Remmels en Lambert Eleveld in 1646 toebehorend aan Roelof Hemmeriks.
Drents Archief, archief Popkes:
11 Akte van overdracht door Gelmer Gelmers als gemachtigde van zijn moeder Jeichyn Lunsche, weduwe van de ette B. Gelmers te Peize; Trijntyn Ebbinge, weduwe van Conraad Barelts; Jantje Luinge, weduwe van Barelt Roelfs; en Pieter Jans als gemachtigde van zijn moeder Oegyn Luinge, weduwe van Jan Pieters te Peizerwolt, aan Popke Martinus van een huis en hof bij de kerk te Peize, een pand in de Heerewerk, een pand in de Hoijdijk, een half dagwerk veen achter de kerk en nog een portje turfveen, 1791
Vermoedelijk ging de erfenis van Roelof Hemmeriks naar de Conraads en van zijn echtgenote Aaltien Schuiringe naar o.a. kinderen van haar broer Bartelt Schuiringe. Margien Conraads betaalt in 1719 voor het laken over wed. Roelof Hemmers.
Op 10-1-1744 wordt Albertien Conraads begraven, in het bekken 10 gld. 13 st. Margien Conraads geeft 5 gld. die Albertien Conraads bij testament aan de armen heeft vermaakt. Zij betaalt ook voor het laken over haar zuster.
In 1744 geven Margien Coenraads en Frerik Gelmers noie uxoris en derselver broeder Conraad Barelds de erfenis aan van haar zuster Albert(ien) Coenraads, begroot op 1140 gld.
3. Gerrit Conraads, overleden 1739 in Peize, begraven 22-10-1739. Gerrit Conraads is boekhouder van de diakonie in 1709 en in 1711. In 1722 betaalt hij voor het laken over zijn zwager Egbert Tjebbels.
Op 25-10-1739 betaalt Freek Gelmers voor het laken over Gerrit Conraads en 5 gld. die Gerrit Conraads bij testament heeft nagelaten aan de armen. Frerik Gelmers is getrouwd met Marchien Barelds, vermoedelijk een dochter van broer Barelt Conraads.
In 1740 geven Albertijn Coenraads en Jantien Schuiringe wed. van Barelt Coenraads de erfenis aan van Gerrit Coenraads, begroot op 700 gld. Jantien Schuiringe moet zijn Jantien Ebbinge, eerder getrouwd met Bareld Schuiringe.
4. Barelt Conraads, overleden 1724 in Peize, begraven 9-2-1724, zie genealogie Bakker (2).
5. Marchien Conraads, overleden 1766 in Peize, begraven 10-1766. Marchien Conraads wordt vermeld in het Haardstedenregister van 1754 en 1764. In 1742 is zij samen met Albertien Conraads eigenaresse van vermoedelijk hetzelfde huis dat dan leeg staat.
In oktober 1766 wordt Margijn Conraets begraven, in het bekken ruim 15 gld.
6. Cornelis Conraads, zie genealogie ~Conraad Gerrits.
 

Generatie IV

IVa  Marchien Schuiringe, dochter van Barelt Schuiringe (zie IIIa) en Roelefje Hindriks.
Gehuwd 30-11-1710 in Peize met Doe Bavinge, overleden 1734 in Peize, begraven 30-12-1734, zoon van Frerik Bavinge en Aaltien Luinge, zie genealogie Baving.
Drents Archief, Archief NH Gemeente Peize:
121 Akte van verkoop en overdracht door Doe Bavinge en Margijn Schuiringe en door de voogden over Grietje Schuiringe aan Wolter Luinge en zijn vrouw Hendrikje Schuiringe van hun ouderlijk huis c.a. 1724; afschrift
Archief Schuiringe:
2. Akte van verkoop door Margyn Schuiringe, weduwe Doe Bavinge, aan Barteld Schuiringe Prijs en zijn vrouw Jeigyn Swiers van een mat hooiland in Kibbeldershorn onder Peize (?), jaarlijks omwandelende met een mat in de Langemade, 1736
Archief Staal:
2 Akte van overdracht door Margijn Schuiringe, weduwe van Doe Bavinge, aan Garbrand Pieters en zijn vrouw Hotske Hillebrands van een half mat hooiland in de 'kruise akkers', een (ander) mat in de 'kruise akkers' en een derde deel van een bos in het 'smeerveen', 1737
Volgens een verdeling van de Hiddinge Slag in 1708 en de nieuwe vermelding van gerechtigden in 1747 is het aandeel van Doe Bavinge en consorten in 1746 eigendom van Bartelt Bavinge en Frerik en Roelefijn Bavinge (Drentse Rechtsbronnen, J. Heringa cs, Willekeuren enz.).
Kinderen uit dit huwelijk:
1. Frerik Baving, overleden 1794 in Peize, begraven 5-2-1794, zie genealogie Baving.
2. Roelfien Baving, overleden 1795 in Peize, begraven 23-3-1795, zie genealogie Baving.
 
IVb  Grietje Schuiringe, geboren 1700 in Peize (na 1695), overleden 1753 in Peize, dochter van Barelt Schuiringe (zie IIIa) en Roelefje Hindriks.
Gehuwd 2-6-1726 in Peize met Wolter Luinge, overleden 1745 in Amsterdam? (tussen 1742 en 1750), zoon van Roelof Luinge en Jantien Busch, zie genealogie Luinge (1).
Drents Archief, NH kerk Peize
121 Akte van verkoop en overdracht door Doe Bavinge en Margijn Schuiringe en door de voogden over Grietje Schuiringe aan Wolter Luinge en zijn vrouw Hendrikje Schuiringe van hun ouderlijk huis c.a. 1724; afschrift (Wolter Luinge uit familie Luinge2).
In 1735 verkoopt Jacob Luinge te Groningen aan zijn broers Reinder en Wolter, schoolmeester, met diens vrouw Grietijn Schruringe zijn aandeel in het ouderlijk huis.
Archief Luinge:
7 Akte van verkoop door Martinus Engberts als hoofdmomber en Tj. Gelmers en Harm Claesen als mombers over de twee kinderen van Wolter Luinge en Grietyn Schuiringe, door Jan Pieters namens zijn vrouw Oegyn Luinge en door Roelfyn Luinge aan Roelef Luinge Reinderszoon van hun aandeel in de Noortsche plaetse (te Peize), uitgezonderd het aandeel in de graven in de kerk en het waardeel, 1757
Archief Staal:
1 Akte van overdracht door Jan Pieters, Barelt Roelfs en Sagcharieas Wigbolts als mombers over hun "innocente" zwager Roelef Luinge aan Floris Stael van een akker, genaamd de Langeakker, 1759
Archief Popkes:
11 Akte van overdracht door Gelmer Gelmers als gemachtigde van zijn moeder Jeichyn Lunsche, weduwe van de ette B. Gelmers te Peize; Trijntyn Ebbinge, weduwe van Conraad Barelts; Jantje Luinge, weduwe van Barelt Roelfs; en Pieter Jans als gemachtigde van zijn moeder Oegyn Luinge, weduwe van Jan Pieters te Peizerwolt, aan Popke Martinus van een huis en hof bij de kerk te Peize, een pand in de Heerewerk, een pand in de Hoijdijk, een half dagwerk veen achter de kerk en nog een portje turfveen, 1791.
Zie ook de aanvulling in Spint Arwt'n 1974, blz. 114: In 1735 verzoekt Jacob Luinge van Groningen aan de Etstoel om curatoren aan te stellen over Grietien Schuiringe en haar minderjarige kinderen omdat zijn broer Wolter Luinge, nadat deze enige tijd met zijn vrouw Grietien Schuiringe in onenigheid heeft geleefd, is vertrokken naar Amsterdam met het voornemen niet terug te komen. Grietien Schuiringe ondersteunt het verzoek, maar in 1736 verzoeken Gerrit Conraats en Reiner Wolters te Peize en Sicco Gerbrants te Luttekewolde het curatorschap over Grietien Schuiringe zelf op te heffen. Jacob Luinge en Grietien Schuiringe zullen op de volgende lottingsdag worden gehoord en zij verzoekt dan ook om het curatorschap op te heffen omdat dit een vergissing was. Jacob Luinge is accoord, mits hij de kosten (van de eerste rechtszaak) vergoed krijgt.
In 1742 koopt Grietien Schuiringe, vrouw van Wolter Luinge voor 110 gld. van de mombaren over de kinderen van wijlen Jacob Everts en Jantien Henderiks te Peize hun ouderlijk huis, gelegen achter aan de brink op pastoriegrond.
Op 19-11-1753 betaalt Martinus Engberts voor het laken over Grietien Schuiringe.
Kinderen uit dit huwelijk:
1. Jantien Luinge, geboren 1728 in Peize.
Gehuwd 22-5-1757 in Peize met Barelt Roelfs, overleden 24-3-1790 in Peize, begraven 1-4-1790, zoon van Roelef Barelts en Jantien NN, zie genealogie Eitens.
Huwelijk: Barelt Roelfs en Jantijn Lunge, in het bekken 4 gld.
Op 1-4-1790 wordt Barelt Roelfs begraven, zijn weduwe betaalt voor het laken en geeft nog 5 gld. 5 st. aan de armen wegens een testament.
Jantien Luinge geeft in 1790 de erfenis aan van haar man Barelt Roelfs, overleden 24-3-1790, waarvan zij de lijftocht krijgt. Vanwege de "grootheid van de houdnegotie in Groningerland" kan nog geen inventaris worden gegeven.
Kort daarvoor in 1789 hebben Albert Jans (Eilander) en Talligje Harms (Staats) een huis en hof in Peize gekocht van Barelt Roelfs, Eithe Roelfs, Roelof Willems, Hinderik Roelfs, allen te Peize en van de erven van Aaltje Roelefs te Groningen voor 1100 gld.
Jantien Luinge woont in 1797 op de plaats waar van 1764 tot 1784 Barelt Roelfs, timmerman wordt vermeld en is dan 69 jaar, boerin, weduwe zonder kinderen. Mogelijk is zij iets jonger, want in 1757 lijkt zij nog minderjarig.
In 1802 verkopen zij en Roelof Eitens de plaats aan Berend Ensing. Het overlijden van Jantien Luinge is niet gevonden bij de ontvangsten van de armenkas bij begrafenissen.
2. Roelfien Luinge.
Gehuwd 24-4-1757 in Midwolde (Leek) met Zacharias Wigbolts Hazenberg, geboren 1727 in Leek, gedoopt 23-3-1727, zoon van Wigbolt Berends en Tetje Sacharias.
Huwelijk: Zacharias Wigbolts van de Leek en Roelfke Luinings van Peijze. Ook afkondiging in Grijpskerk.
Bij het huwelijk van zoon Wolter in 1809 in Niekerk/Oldekerk/Faan wordt als familienaam Hazenberg opgegeven en als plaats van afkomst Peize. Mogelijk is hij daar geboren. Bij overlijden in 1841 is hij 81 jaar.
Zie ook Nakomelingen van Berend Hazenberg (Jaap Niemeijer).
3. Oegien Luinge, geboren 1731 in Peize, overleden 1810 in Peize, begraven 3-9-1810, zie genealogie Luinge (1).
4. Roelof Luinge, overleden 1760 in Peize, begraven 1-7-1760. In 1754 verzoekt Martinus Engberts als hoofdmomber over de kinderen van wijlen Wolter Luinge en Grietje Schuiringe te Peize aan de Etstoel om enige goederen te mogen verkopen om te voorzien in het onderhoud van Roelof Luinge, ofschoon hij reeds meerderjarig is, maar last heeft van de vallende ziekte en niet in staat is zelf in zijn onderhoud te voorzien.
In 1757 wordt Roelof Luinge innocent genoemd.
Op 1-7-1760 wordt de E. Roelof Luinge, zoon van Wolter Luinge begraven. Op 2-7-1760 betaalt Barelt Roelofs voor het laken over zijn zwager Roelof Luinge.
In1761 verkopen Jan Pieters en Sacharias Wigbolts 2/3 van 2 mat hooiland aan hun zwager Barelt Roelfs, die hiervan al 1/3 bezit.
 

Index
Genealogie Schuiringe (3)